Oudjaar 2005 Bethelkerk ds Rob van Essen
Er
is een land van louter licht
waar heilgen heersers zijn.
Nooit
gaat de gouden dag daar dicht
in duisternis of pijn.
Daar
is het altijd lentetijd,
in bloei staat elke plant.
Alleen
de smalle doodszee scheidt
ons van dat zalig land.
Men
ziet het veld aan de overkant
in groene luister staan,
als Israël 't beloofde land
zag over de Jordaan.
Maar ach de stervelingen staan
hier huiverend terzij
en durven niet op weg te gaan,
het duister niet
voorbij.
Hing niet het wolkendek zo zwart
van twijfel om ons
heen,
wij zouden 't land
zien van ons hart,
dat 't hemels licht
bescheen.
God, laat ons staan als Mozes hier
hoog in uw
zonneschijn,
en geen Jordaan, geen
doodsrivier
zal scheiding voor
ons zijn.
Gezang 290 - Isaac Watts, 1675-1748.
Het zingen
is dat deel van de eredienst dat het dichtst bij de hemel komt, zei Isaac Watts. Het lied waarover we een moment nadenken had
hij geschreven om het sterven lichter te maken voor de gelovige. Het land aan
de overzij is de hemel. Bij Watts weliswaar een hemel in de pastorale tinten
van het Engels landschap. Volgens de overlevering werd hij geïnspireerd
toen hij het eiland Wight over het water zag in
nevels gehuld.
Als het om
de hemel gaat hebben wij geen taal meer tot onze beschikking. Dat heeft
meerdere oorzaken. Allereerst is er na de 2e Wereldoorlog in Europa
in de theologie het besef dat het in de Schrift allereerst om het aardse,
menselijke heil gaat. Miskotte sprak in dit verband
over het ‘tegoed van het Oude Testament’. Het begon al heel vroeg in de kerk
dat men het eigenlijke heil buiten of boven de aarde zocht, wat tot verachting
van het lichamelijke en de seksualiteit leidde. ‘Blijf de aarde trouw’, het
woord van Nietsche, werd door de theoloog Bonhoeffer
met instemming aangehaald. Je mag in de kerk alleen Gregoriaans zingen, als je
het voor de Joden opneemt, zei hij.
Er is
echter ook een verlegenheid als het om de hemel gaat en die is het gevolg van
de ‘Verlichting’ in onze cultuur. Alleen wat onze zintuigen en instrumenten
kunnen waarnemen zou ‘echt’ zijn of bestaan. Het wonderlijke is dat de vruchten
van dit denken in de kerk langer schijnen te beklijven
dan daarbuiten.
Als het om
de hemel gaat, moeten we beseffen dat het daarin om de vraag naar de zin van
het leven gaat. Jan Wit dichtte in gezang 454: Wie kan er aarden hier beneden
als er geen open hemel is?
Wie wil weten waarover het gaat in het geloof, moet niet te rade gaan bij
dogmatische systemen of in wetenschappelijke verhandelingen. Luister
naar de dichters en songwriters, laat je meevoeren door de muziek van Mozart of Schütz, ga binnen in de schilderijen van Chagall. Ze wekken in ons een heimwee naar een wereld die
niet is geschonden door hebzucht en eigenbelang, waar de dood afwezig lijkt
omdat echte kunst eeuwig jong, altijd verrassend is of je bij de strot grijpt.
Door ware kunst
voel je dat je lééft en dat je niet zonder de anderen kunt die even een tipje
van de grauwsluier oplichten die over de werkelijkheid ligt. Het profetische en
pastorale raken elkaar als het ware.
De dichter
heeft het over een wolkendek van twijfel, dat ons doet belemmeren het land van
ons hart te zien. Kijk (!), daarom gaat het vanavond. Weten
wij nog van het land van ons hart? Vanuit het hart zijn de uitgangen des
levens, zegt de Schrift. Daarom kwamen we het afgelopen jaar toch ten diepste
in de kerk, hoop ik. Om ons hart op te halen, wat zo neergetrokken wordt door
berichten van zinloos geweld, door vlerkerigheid en
egoïsme, door ziekte en dood om ons heen. We zingen kyrie en gloria en voelen
dat we lucht krijgen, dat de stang van de drijver niet langer op ons drukt. Ik
zing van de trouw van God en tranen vullen mijn ogen, want zal Hij die ons een
leven lang met trouw omringde, zijn trouw ook niet aan de overzij betonen? In
de hemel, in het jaar dat voor ons ligt. Daarom zeg ik maar met Isaac Watts: God laat ons staan als Mozes hier, hoog in uw
zonneschijn. Zonneschijn om acht uur ‘s avonds - in de kerk is het vol wonderen
om ons heen! En wie zich in de zon van God heeft gekoesterd,
die zal vol verwachting blijven uitzien tot het moment dat de hemel op aarde
komt. Moge 2006 een jaar worden waarin we die verwachting met elkaar en
anderen delen.
Hemelvaart Elia, Peksoa